De in Enschede geboren blues- en rootszanger treedt op sinds de jaren ‘60, werkte samen met artiesten als Taj Mahal, John Hammond, Luther Allison, Rory Block, The Dubliners en Terry Evans en geeft nog steeds zo’n 200 concerten per jaar. Hij weet zijn (slide-) gitaarspel uitstekend te combineren met de mondharmonica. Zijn stem, een diepe donkere bariton, lijkt gemaakt voor de blues.
In de jaren ‘60 van de vorige eeuw werd Hans gegrepen door de blues en met name door Bo Diddley. Hans noemde hem "One helluva guitarplayer". In de jaren 60 trad Hans Theessink veelvuldig op met een aantal streekgenoten in de Silly Skiffle Group. Veel optredens vonden in Duitsland plaats. In de jaren ‘70 verhuisde Hans naar Denemarken, waar hij onderwijzer werd. Na verloop van tijd zegde hij zijn baan op om professioneel muzikant te worden.
In 1988 raakt zijn muziek bekend bij een groter publiek, ook in Nederland door het uitbrengen van zijn album Baby Wants To Boogie. Op dit album werkt hij voor het eerst samen met John Sass, een Amerikaanse tuba-speler. In de jaren ‘80 en ‘90 en in het eerste decennium van deze eeuw volgt nog een aantal albums.
We kijken uit naar alweer een derde optreden van bluesman Hans Theessink in The Blue Room Sessions. Speciale gast op mondharmonica bij dit concert is Gait Klein-Kromhof.
